De innovator die observeert en experimenteert

Er zijn veel opvattingen en concepten van innovatie. In het Artful Participation project omschreven we innovatie niet als slimmere inventiviteit of als technologische nieuwheid. In plaats daarvan behandelden we innovatie als resulterend uit het vermogen om te leren. Het innoveren van de symfoniepraktijk betekent dan het cultiveren, versterken en verdiepen van het vormogen om te leren van zowel musici als staf. Hoe kun je als innovator dit leren mogelijk maken en stimuleren?

Drie vormen van leren in de praktijk

Er zijn veel manieren om te leren, maar in ons project gingen we uit van drie vormen. Een eerste vorm is therapeutisch leren. Therapeutisch leren vereist een externe observator, een ‘therapeut’. De therapeut stelt vragen aan musici en staf over hun kennis, routines en vaardigheden, die in hun dagelijkse activiteiten veelal impliciet en onuitgesproken blijven. Dit kan bijvoorbeeld gaan over routines voor het organiseren of evalueren van een concert, of over verwachtingen en idealen waaruit een goed concert bestaat. Deze vorm van leren kan therapeutisch worden genoemd omdat de betrokken observator (of onderzoeker) de rol aanneemt van een kritische vriend, wiens vragen uitnodigen tot reflectie over de praktijk.

Een tweede vorm van leren is experimenteel. Experimenteel leren vloeit voort uit het bedenken en ten uitvoer brengen van nieuwe inzichten, vaardigheden en werkwijzen. Dit leren kan zich voordoen in de ontwikkeling van nieuwe en experimentele concerten, waarbij gevestigde routines, rollen en werkwijzen ter discussie worden gesteld. Voorbeelden in het Artful Participation project zijn Mahler am Tisch, The People's Salon, en Online MusickingDingen met opzet anders doen leidt tot een groter besef van risico’s. Dit kan lastig zijn bij een symfonieorkest, waar routines en werkwijzen vaak in gekoesterde tradities verankerd zijn.

Repetitie voor Mahler am Tisch

Ten slotte is er reflexief leren. Reflexief leren gebeurt wanneer het vermogen tot reflectie een integraal onderdeel vormt van de organisatie van het orkest. Reflectie die is ingebed in de organisatie maakt het mogelijk om met onzekerheden om te gaan en te anticiperen op onverwachte veranderingen. Deze vorm van leren vraagt om de bereidheid, openheid en wens bij staf en musici van het orkest om de dingen anders te doen teneinde ervan te leren. Dit derde type leren wordt besproken onder Thema 2: Cultivering van reflexiviteit binnen het orkest. Hier gaan we nader in op de mogelijke rollen van de innovator als degene die therapeutisch en experimenteel leren mogelijk maakt.

Leren door observeren

Therapeutisch leren vereist het vermogen om alledaagse situaties nauwkeurig waar te nemen. Dit vermogen staat centraal in de sociaalwetenschappelijke methode van etnografie. Etnografen leren een situatie te observeren zonder de veronderstelling dat zij al weten wat er gebeurt – alsof het voor hen om een vreemde cultuur gaat. Dit vergt training, want we zijn in onze dagelijkse bezigheden afhankelijk van routines. Ons dagelijks leven verloopt soepel juist omdat we veel van onze gedragingen, normen en verwachtingen niet ter discussie stellen. Als observator van het orkest stel je kritische vragen over deze impliciete kennis en routines van musici en staf, om die kennis en routines expliciet te maken, ook voor anderen. Pas nadat je jezelf bewust bent van die kennis en routines kun je er in je hoofd andere voorstellingen over maken – en ermee gaan experimenteren.

Zo hebben onderzoekers in de experimenten Empty Minds, The Bucketlist en La Grande Bouffenauwgezet de organisatie, uitvoering en evaluatie van concerten gevolgd. Zij deden dit door bijeenkomsten bij te wonen, en kritische en open vragen te stellen aan de musici, staf, programmeur, artistieke partners, productieleiders en andere betrokkenen. Vragen als: Waarom is dat belangrijk? Wat bedoel je met ‘kwaliteit’? Wat voor opvatting van het publiek heb je momenteel? Waarom? Wat zijn hier mogelijke risico’s? Hoe weet je dit? Wanneer is dit concert geslaagd? Wanneer niet?

Artful Participation onderzoekers bij Empty Minds

In de rol van observator als ‘therapeut’ gaat het niet slechts om het problematiseren van lopende projecten. Het gaat er ook om musici en staf bewust te maken van wat er in hun dagelijkse praktijk onuitgesproken blijft. Dat kun je als innovator doen door te focussen op onzekerheden en risico’s, door vormen van weerstand te bedenken, door het kritisch monitoren van wat telt als geslaagd en hoe dat kan verschuiven, en door het volgen van hoe musici en staf zich aanpassen aan veranderingen in het hele proces. Het doel is om reflectie te stimuleren over bestaande manieren om een concert te organiseren. Vragen stellen over het publiek kan resulteren in verschillende soorten reflectie over de reguliere wijzen waarop concerten worden georganiseerd, uitgevoerd of geëvalueerd.

Leren door experimenteren

Nadat je jezelf rekenschap hebt gegeven van hoe het publiek reeds aanwezig is in de organisatie, productie, repetities, uitvoering en evaluatie van klassieke muziekconcerten, kun je andere manieren van omgaan met het publiek in de orkestpraktijk gaan bedenken en ermee experimenteren. Dan verschuift jouw rol als innovator: je wordt iemand die experimenteert door actief een experimenteel of op participatie gericht project vorm te geven en uit te voeren.

Experimentele projecten bieden niet alleen mogelijkheden tot ontwikkeling van nieuwe concertformules, maar fungeren ook als specifiek ontworpen leermomenten: je experimenteert om ervan te leren. Dit betekent dat je tijdens de uitvoering van het experiment tegelijk het proces moet monitoren. Dit maakt jouw rol ten aanzien van het experimenteren een nog grotere uitdaging. Het vraagt om een mindset die afwijkt van hoe musici en staf reguliere concerten ontwikkelen. De musici en staf van een orkest werken vaak met strakke roosters en zijn geneigd zich te richten op het resultaat: het concert. Maar leren vereist ook een focus op het proces: de uiteenlopende wijzen waarop jij, samen met de musici en staf, concerten organiseert, uitvoert en evalueert.

Een voorbeeld is het Mahler am Tisch experiment. Dit experiment vormde een uitdaging van de routinematige werkwijzen in de context van orkestmuziek, zoals die is gericht op het scheppen van een voorspelbare en relatief risicoloze uitvoeringsomgeving. De afwijking hiervan bracht in de ogen van veel deelnemende musici de muzikale kwaliteit van de uiteindelijke uitvoering in gevaar. Maar door in te zetten op zekerheid werd het muzikale experimenteren juist gehinderd. In het experiment The Learning Orchestrawaren onderzoekers eveneens van mening dat musici en staf te snel gericht waren op het vinden van oplossingen voor een probleem, wat ten koste ging van reflectie op de feitelijke aard van het probleem.

Experimenten kunnen frictie en frustratie veroorzaken. Dit is niet noodzakelijk ongewenst: frictie, frustratie en problemen zijn indicatoren dat er iets op het spel staat, en dus dat er potentieel aanwezig is om te leren. Verwachtingen, belangen en idealen (onder musici en staf en bij jou als experimenteel onderzoeker) kunnen verschillen, uiteengaan of samenkomen in het proces. Vaak moet je een balans vinden tussen enerzijds de muzikale kwaliteit van de uitvoering en anderzijds een bepaalde openheid en andere onzekere elementen van het experiment. Als begeleider van het experiment is het bovendien jouw taak om erop te letten dat de focus op tijd verschuift van frustratie naar leren van de nieuwe situatie.

Ten slotte is het van belang om goed te monitoren hoe het publiek artistiek relevant wordt gemaakt gedurende het hele project. Wat in jouw experiment zal gelden als wenselijke publieksparticipatie – waar, wanneer, onder welke voorwaarden en voor wie en met welk doel – is geen gegeven. Vooral in collaboratieve experimentele- of participatieprojecten zal de aard van de gewenste vorm van publieksparticipatie veranderen door aanpassingen in het project. Hoe het publiek artistiek (ir)relevant wordt gemaakt, moet dan ook aanhoudend worden bevraagd en geëxpliciteerd.

Samenvatting

Wat kunnen musici en staf leren over hun publieksgerichte praktijk als het gaat om de organisatie, uitvoering en beoordeling van symfonische muziek? Als innovator kun je verschillende rollen kiezen om verschillende types van leren mogelijk te maken. Door te observeren en te experimenteren worden de betrokken musici en staf in staat gesteld te leren van zowel reguliere projecten als experimentele of op participatie gerichte projecten. Aandacht vragen voor de rol van het publiek, hetzij als mentale constructie of in een participatieproject, kan fungeren als een aanjager van leren, want de opvatting van die rol heeft mogelijk directe gevolgen voor de manier waarop concerten worden georganiseerd, uitgevoerd en beoordeeld.

Musici en onderzoekers bij Online Musicking

Wil je meer lezen over dit experiment? Een uitgebreide beschrijving is te vinden in het volgende wetenschappelijke artikel:

Peters, P., Van de Werff, T., Benschop, R., Eve, I. (2022) Artful innovation: How to experiment in symphonic music practice. In Chaker, Sarah & Petri-Preis, Axel (eds), Tuning Up – Innovative Potentials of Musikvermittlung. Bielefeld: Transcript Verlag.

 

Bronnen

Benschop, R. & Peters, P. (2009). Samen Innoveren. naar een Europees niveau in de podiumkunsten, Maastricht: Zuyd Hogeschool.

Hommels, A., Peters, P. & Bijker, W.E. (2007). Techno therapy or nurtured niches? Technology studies and the evaluation of radical innovations. Research policy, 36(7), 1088-1099.

Iedema, R. Mesman, J. & Carroll, K. (2013). Visualising health care practice improvement: innovation from within. London: Radcliffe Publishing.

Kolb, D. A. (1984). Experiential learning: Experience as the source of learning and development (Vol. 1), Englewood Cliffs, NJ: Prentice-Hall.

Schön, D.A. (1984). The reflective practitioner: How professionals think in action (Vol. 5126). New York: Basic books.

Vervolg uw reis

Cultivering van reflexiviteit binnen het orkest

Artistiek betekenisvolle innovatie vereist reflexief leren door de tijd heen. Reflexief leren is het vermogen van musici en staf om te anticiperen op onzekere muzikale situaties en onverwachte veranderingen in hun routines. Hoe kun je reflexief leren stimuleren en inbedden in de alledaagse praktijk van zowel musici als orkeststaf? Wat is ervoor nodig om op duurzame wijze reflexief te leren?

Keuze voor thema 2
Ontdek etudes

Oefeningen om vaardigheden te leren die nodig zijn voor publieksparticipatie!

Ontdek etudes