> Home > Characters > Programmeur > Thema 2: Op participatie gerichte concerten evalueren
Reguliere concerten worden door orkesten op verschillende manieren geëvalueerd. Marketingafdelingen vragen het publiek om hun mening, productieleiders en procesmanagers evalueren het besluitvormingsproces. Artistieke programmeurs evalueren de gemaakte artistieke keuzes en de mate waarin het artistieke concept in de programmering werd gerealiseerd.
Voor een artistiek programmeur kan de evaluatie van concerten uitgaan van artistieke criteria zoals: de keuze van repertoire, hoe een bepaald concert zich verhoudt tot de rest van de programmering, en de kwaliteit van de uitvoering door het orkest, met speciale aandacht voor de dirigent en de solisten. De kwaliteit van de uitvoering wordt gewoonlijk op grond van artistieke en esthetische criteria beoordeeld, zoals technische uitmuntendheid of verfijning, virtuositeit, evenwicht, intonatie, articulatie, enz.
In concerten die op participatie of experiment zijn gericht, kunnen organisatorische aspecten echter artistiek relevant worden. Denk aan het proces in de aanloop naar zo’n concert, artistieke criteria van samenwerkingspartners, de bijdrage van het publiek aan de ontwikkeling, en de toneelschikking en andere productionele keuzes die van invloed zijn op de concertsituatie (lees ook thema 1). Dit inzicht vereist een verbreding van de criteria voor evaluatie, wat vooral van belang is voor de evaluatie van experimentele of op participatie gerichte projecten.
Naast muzikale en esthetische criteria zijn er diverse andere criteria die potentieel artistiek relevant zijn. Zo gebruiken leden van het publiek in marketingenquêtes verschillende criteria voor het beschrijven en evalueren van hun concertervaringen:
Sociale criteria, zoals de socialiteit van een avondje uit, het plezier van de concertervaring met anderen te delen, of er al dan niet een pauze met een drankje was;
Persoonlijke criteria, zoals of het concert bepaalde emoties losmaakte, intellectueel uitdagend was of aansloot bij persoonlijke herinneringen of voorkeuren; en of de concertervaring ontspannend was, wat de rol was van praktische randvoorwaarden (voldoende parkeerruimte, geen lange rijen, enz.); , zoals of het concert bepaalde emoties losmaakte, intellectueel uitdagend was of aansloot bij persoonlijke herinneringen of voorkeuren; en of de concertervaring ontspannend was, wat de rol was van praktische randvoorwaarden (voldoende parkeerruimte, geen lange rijen, enz.);
Maatschappelijke criteria, zoals de relevantie van het muziekstuk, de componist of de programmering (bijv. hoe het programma werd gekoppeld aan de actualiteit of de plaatselijke regio).
Gewoonlijk wordt deze reeks criteria als niet artistiek relevant beschouwd: artistieke criteria hebben immers alleen betrekking op de muzikale uitvoering zelf. In op participatie of experiment gerichte concerten kan het echter lastig zijn om artistieke relevantie op voorhand te duiden of te scheiden van andere criteria. In plaats van artistieke relevantie alleen toe te schrijven aan het muzikale werk en de uitvoering ervan, kunnen we in experimentele en participatiegerichte concerten artistieke kwaliteit beschouwen als betrekking hebbend op alle aspecten die mede gestalte geven aan de muzikale situatie. Dit betekent dat alles wat bijdraagt aan de artistieke beleving ook artistiek kan worden geëvalueerd.
Bijvoorbeeld in het experiment The People's Salondeelde de programmeur zijn artistieke verantwoordelijkheid voor het kiezen van repertoire voor de avond met een groep Vrienden van het orkest: reguliere en trouwe concertgangers. Tijdens focusgroepen selecteerden deze Vrienden (samen met onderzoekers en de artistieke programmeur) het repertoire op basis van hun persoonlijke herinneringen, verhalen en anekdoten over favoriete muziekstukken. Dit werd het programma van de concertavond. De verhalen werden een artistiek relevante bijdrage aan de beleving van de concerten. Dat het publiek eigen verhalen gebruikte voor de programmering van de avond had voor de kwaliteit ervan bovendien alleen maar toegevoegde waarde. In experimentele of op participatie gerichte projecten kan het proces even belangrijk zijn als het eindresultaat (het concert).
Bij de evaluatie van experimentele concerten zijn de standaardcriteria voor reguliere concerten mogelijk niet allemaal geschikt. Andere aspecten kunnen artistiek relevant worden voor de beleving van het concert, en dit vereist nieuwe vormen van evaluatie. Nieuwe concertformules vragen mogelijk nieuwe normen en criteria die specifiek op experimentele projecten van toepassing zijn.
Naast de gebruikte criteria is ook de vorm van evaluatie van belang – met name bij experimentele- of participatieprojecten. Het kan lastig zijn om te bepalen hoe en wanneer zulke concerten te evalueren, zoals wordt uitgelegd door de programmeur van philharmonie zuidnederland:
“We nemen vaak niet genoeg tijd om echt en degelijk terug te kijken en te leren van wat we hebben gedaan. Je moet je ook realiseren dat dit soort projecten [experimenteel of op participatie gericht] tot veel verschillende en soms sterk uiteenlopende meningen leidt. Iedereen kijkt anders naar deze concerten. En dan zit er geen ruimte tussen iets geweldig vinden of iets helemaal niets vinden.”
De evaluatie van een experimenteel project kan extra tijd kosten, want het kan onduidelijk zijn wanneer het moet worden geëvalueerd, wie daarbij betrokken moet zijn en waarover de evaluatie moet gaan. Het rooster of de planning van orkesten kan zodanig zijn dat er minder tijd beschikbaar is voor goede evaluaties na concerten.
Bovendien, zoals de programmeur aangeeft, geven evaluaties vaak een zwart-wit oordeel: een concert is dan ‘goed’ of ‘slecht’, een succes of een mislukking. Onderzoekers kwamen deze vorm van evaluatie – een louter positief of negatief oordeel – ook tegen bij het evalueren van twee andere experimenten, Empty Minds en Mahler am Tisch. Musici en staf neigen ertoe prioriteit te geven aan de kwaliteit van de feitelijke uitvoering, en of de uitvoering al dan niet geslaagd is.
Het geven van een oordeel verwijst naar een nauwe opvatting van evaluatie. Het doel van evaluaties is niet slechts om een experimenteel- of participatieconcert te beoordelen, maar ook en vooral om ervan te leren.. Voor een artistieke programmeur zijn zulke projecten potentieel rijke leermomenten. Tijd nemen voor evaluatie, met inbegrip van expliciete ontwikkeling van vruchtbare vormen ervoor, is dan ook een cruciale voorwaarde voor innovatieve programmering. Evaluatie van dergelijke projecten moet daarom niet alleen gebeuren na afloop ervan, maar ook tijdens de hele ontwikkeling ervan. Tussentijdse evaluaties bieden niet alleen ruimte voor het formuleren van nieuwe artistieke criteria, maar ook om tijdens het ontwikkelingsproces overzicht over het project te houden.
Een breder begrip van wat er artistiek toe kan doen vereist dan ook een bredere en meer inclusieve vorm van evaluatie. Een experimenteel concert evalueren gaat idealiter over artistieke partners, musici, publiek, planningsstaf en productieleiders. Zo’n geïntegreerde of holistische benadering van evaluatie betekent dat wederzijds leren plaats kan vinden – tussen artistieke programmeurs, partners, publiek en staf. Deze vorm van concertevaluatie vergt tijd. Maar de mogelijke inzichten en lessen uit experimentele projecten zijn onmisbaar voor een orkest dat wil vernieuwen en experimenteren.
Evaluatie vormt een belangrijke manier van leren in de praktijk. Op experiment of participatie gerichte concerten kunnen rijke leerbronnen zijn. In zulke concerten kunnen diverse aspecten artistiek belang krijgen voor de muzikale situatie die gestalte krijgt – met inbegrip van het algehele ontwikkelingsproces. Evaluatie van deze concerten is dan ook gebaat bij een brede kijk op wat de mogelijk relevante artistieke criteria zijn, en welke ervan specifiek zijn voor dat project. Een ruimer begrip van potentieel artistiek belang vereist eveneens een bredere en meer inclusieve vorm van evaluatie – niet als oordeel, maar als een gelegenheid voor wederzijds leren.
Wil je meer lezen over dit thema? Een uitgebreidere beschrijving is te vinden in de volgende wetenschappelijke artikelen:
Peters, P., van de Werff, T., Benschop, R. & Eve, I. (2022) Artful innovation: How to experiment in symphonic music practice. In Chaker, Sarah & Petri-Preis, Axel (eds), Tuning Up – Innovative Potentials of Musikvermittlung. Bielefeld: Transcript Verlag.
Spronck, V., Peters, P., & van de Werff, T. (2021) Empty Minds: Innovating Audience Participation in Symphonic Practice, Science as Culture, DOI: 10.1080/09505431.2021.1893681
Spronck, V. (2022) Listen Closely: Innovating Audience Participation in Symphonic Music, PhD dissertation, Maastricht University.
Vervolg uw reis
In experimentele of op participatie gerichte concerten worden de artistieke keuzes niet alleen gemaakt door de artistieke programmeur en zijn/haar team. Indien er sprake is van samenwerking met externe artistieke partners, spelen verschillende vormen van artistieke expertise een rol. Wat er in dergelijke concerten wordt beschouwd als artistiek relevant, kan bovendien naar onverwachte gebieden of momenten opschuiven: productionele keuzes over toneelschikking of de doorloop van het publiek kunnen plotseling artistiek belangrijk worden. En wanneer wordt het publiek artistiek relevant?
Oefeningen om vaardigheden te leren die nodig zijn voor publieksparticipatie!